search


interactive GDPR 2016/0679 NL

BG CS DA DE EL EN ES ET FI FR GA HR HU IT LV LT MT NL PL PT RO SK SL SV print pdf

2016/0679 NL jump to: cercato: 'hierbij' . Output generated live by software developed by IusOnDemand srl




whereas hierbij:


definitions:


cloud tag: and the number of total unique words without stopwords is: 270

 

Artikel 61

Wederzijdse bijstand

1.   De toezichthoudende autoriteiten verstrekken elkaar relevante informatie en wederzijdse bijstand om deze verordening op een consequente manier ten uitvoer te leggen en toe te passen, en nemen maatregelen om doeltreffend met elkaar samen te werken. De wederzijdse bijstand bestrijkt met name informatieverzoeken en toezichtsmaatregelen, zoals verzoeken om voorafgaande toestemming en raadplegingen, inspecties en onderzoeken.

2.   Elke toezichthoudende autoriteit neemt alle passende maatregelen die nodig zijn om een verzoek van een andere toezichthoudende autoriteit onverwijld en uiterlijk binnen één maand na ontvangst daarvan te beantwoorden. hierbij kan het in het bijzonder gaan om toezending van relevante informatie over de uitvoering van een onderzoek.

3.   Verzoeken om bijstand bevatten alle nodige informatie, waaronder het doel van en de redenen voor het verzoek. De uitgewisselde informatie wordt alleen gebruikt voor het doel waarvoor om die informatie is verzocht.

4.   De toezichthoudende autoriteit waaraan een verzoek om bijstand is gericht, wijst dit verzoek slechts af indien:

a)

zij niet bevoegd is voor het onderwerp van het verzoek of voor de maatregelen die zij verzocht wordt uit te voeren; of

b)

het verzoek inbreuk maakt op deze verordening of met Unierecht of lidstatelijk recht dat van toepassing is op de toezichthoudende autoriteit die het verzoek ontvangt.

5.   De toezichthoudende autoriteit tot wie het verzoek is gericht, informeert de verzoekende toezichthoudende autoriteit over de resultaten of, in voorkomend geval, de voortgang van de maatregelen die in antwoord op het verzoek zijn genomen. Indien de toezichthoudende autoriteit tot wie het verzoek is gericht het verzoek op grond van lid 4 afwijst, licht zij de redenen daarvoor toe.

6.   Toezichthoudende autoriteiten tot wie het verzoek is gericht delen in de regel de door andere toezichthoudende autoriteiten gevraagde informatie langs elektronische weg mee door middel van een standaardformulier.

7.   De maatregelen die toezichthoudende autoriteiten tot wie een verzoek is gericht nemen uit hoofde van een verzoek om wederzijdse bijstand, zijn kosteloos. De toezichthoudende autoriteiten kunnen regels overeenkomen om elkaar te vergoeden voor specifieke uitgaven die voortvloeien uit het verstrekken van wederzijdse bijstand in uitzonderlijke omstandigheden.

8.   Wanneer een toezichthoudende autoriteit de in lid 5 van dit artikel bedoelde informatie niet binnen één maand na ontvangst van het verzoek van een andere toezichthoudende autoriteit verstrekt, kan de verzoekende toezichthoudende autoriteit overeenkomstig artikel 55, lid 1, op het grondgebied van haar lidstaat een voorlopige maatregel nemen. In dat geval wordt geacht dat er overeenkomstig artikel 66, lid 1, dringend moet worden opgetreden en dat dit een dringend bindend besluit van het Comité vereist overeenkomstig artikel 66, lid 2.

9.   De Commissie kan door middel van uitvoeringshandelingen het model en de procedures voor de in dit artikel bedoelde wederzijdse bijstand vastleggen, alsmede de regelingen voor de elektronische uitwisseling van informatie tussen toezichthoudende autoriteiten onderling en tussen toezichthoudende autoriteiten en het Comité, waaronder het in lid 6 van dit artikel bedoelde standaardformulier. Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld volgens de in artikel 93, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.

Artikel 62

Gezamenlijke werkzaamheden van toezichthoudende autoriteiten

1.   In voorkomend geval voeren de toezichthoudende autoriteiten gezamenlijke werkzaamheden uit, waaronder gezamenlijke onderzoeken en gezamenlijke handhavingsmaatregelen, waarbij leden of personeelsleden van de toezichthoudende autoriteiten van andere lidstaten worden betrokken.

2.   Indien de verwerkingsverantwoordelijke of de verwerker vestigingen heeft in meerdere lidstaten, of indien een significant aantal betrokkenen in meer dan één lidstaat waarschijnlijk wezenlijke gevolgen ondervindt van de verwerkingsactiviteiten, heeft van elk van die lidstaten één toezichthoudende autoriteit het recht om aan de gezamenlijke werkzaamheden deel te nemen. De toezichthoudende autoriteit die bevoegd is overeenkomstig artikel 56, lid 1 of lid 4, verzoekt de toezichthoudende autoriteit van elk van die lidstaten om deelname aan de gezamenlijke werkzaamheden in kwestie en beantwoordt onverwijld het verzoek van een toezichthoudende autoriteit om te mogen deelnemen.

3.   Een toezichthoudende autoriteit kan overeenkomstig het lidstatelijke recht en met toestemming van de ondersteunende toezichthoudende autoriteit, aan de aan gezamenlijke werkzaamheden deelnemende leden of personeelsleden van de ondersteunende toezichthoudende autoriteit bevoegdheden toekennen, onder meer in verband met het voeren van onderzoek, of, voor zover het nationale recht de ontvangende toezichthoudende autoriteit dat toestaat, de leden of de personeelsleden van de ondersteunende toezichthoudende autoriteit toestaan om hun onderzoeksbevoegdheden overeenkomstig het nationale recht van de ondersteunende toezichthoudende autoriteit uit te oefenen. Deze onderzoeksbevoegdheden mogen hierbij uitsluitend worden uitgeoefend onder leiding en in aanwezigheid van leden of personeelsleden van de ontvangende toezichthoudende autoriteit. De leden of de personeelsleden van de ondersteunende toezichthoudende autoriteit zijn onderworpen aan het recht van de lidstaat van de ontvangende toezichthoudende autoriteit.

4.   Wanneer personeelsleden van een ondersteunende toezichthoudende autoriteit overeenkomstig lid 1 actief zijn in een andere lidstaat, neemt de lidstaat van de ontvangende toezichthoudende autoriteit de verantwoordelijkheid voor hun activiteiten, met inbegrip van de aansprakelijkheid voor alle door die personeelsleden bij de uitvoering van hun werkzaamheden veroorzaakte schade, overeenkomstig het recht van de lidstaat op het grondgebied waarvan die personeelsleden actief zijn.

5.   De lidstaat op het grondgebied waarvan de schade is veroorzaakt, vergoedt deze schade onder de voorwaarden die gelden voor door zijn eigen personeelsleden veroorzaakte schade. De lidstaat van de ondersteunende toezichthoudende autoriteit waarvan de personeelsleden op het grondgebied van een andere lidstaat aan iemand schade hebben berokkend, betaalt die andere lidstaat het volledige bedrag terug dat die andere lidstaat voor rekening van die personeelsleden aan de rechthebbenden heeft uitgekeerd.

6.   Onverminderd de uitoefening van zijn rechten tegenover derden en met uitzondering van het in lid 5 bepaalde, ziet elke lidstaat er in het in lid 1 bedoelde geval van af het bedrag van de in lid 4 bedoelde schade op een andere lidstaat te verhalen.

7.   Wanneer een gezamenlijke werkzaamheid is gepland en een toezichthoudende autoriteit niet binnen één maand aan de in lid 2, tweede zin, van dit artikel vastgestelde verplichting voldoet, kunnen de andere toezichthoudende autoriteiten een voorlopige maatregel nemen op het grondgebied van de lidstaat waarvoor zij bevoegd zijn overeenkomstig artikel 55. In dat geval wordt geacht dat er overeenkomstig artikel 66, lid 1, dringend moet worden opgetreden en dat dit een dringend advies of een dringend bindend besluit van het Comité vereist overeenkomstig artikel 66, lid 2.

Afdeling 2

Coherentie

Artikel 98

Toetsing van andere Unierechtshandelingen inzake gegevensbescherming

Indien passend dient de Commissie wetgevingsvoorstellen in teneinde andere Unierechtshandelingen betreffende de bescherming van persoonsgegevens te wijzigen en aldus een uniforme en consequente bescherming van natuurlijke personen te garanderen in verband met verwerking. Het gaat hierbij met name om de regels betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met verwerking door instellingen, organen en instanties van de Unie, en betreffende het vrije verkeer van die gegevens.


whereas

dal 2004 diritto e informatica